Kan stotteren overgaan?
De prevalentie van stotteren, het totaal aantal personen dat stottert op een specifiek moment, wordt geschat op 0,7-1% van de wereldbevolking. Omdat stotteren vaak herstelt bij kinderen onder de zes jaar, is de prevalentie in deze jonge bevolkingsgroep groter dan bij een oudere populatie. De incidentie voor stotteren, het percentage van de bevolking dat ooit heeft gestotterd, wordt geschat op 5 tot 17%.
Starten met de behandeling van jonge stotterende kinderen vóórdat het stotteren vijftien maanden aanwezig is, en therapie tijdens de peuter- of kleuterleeftijd (vóór de start van groep drie) lijkt betere kansen op herstel te geven dan wanneer de therapie later wordt gestart. Ook is de kans op terugval kleiner als kinderen voor groep drie zijn behandeld, dan wanneer de therapie start als ze al zeven jaar of ouder zijn.
Bron: Richtlijn stotteren bij kinderen, adolescenten en volwassenen 2020