Wat zijn normale- wat abnormale onvloeiendheden?
Normale onvloeiendheden:
Oneffenheden die elke spreker heeft, zoals:
-het herhalen van een heel woord of zinsdeel: ‘En en toen ben ik…’, ‘Maar als je dan, maar als je dan…’
-het onderbreking of wijzigen van de zin: ‘Ik wil graag – als het kan zou ik graag…’
-stopwoordjes: ‘weet je wel’, ‘ehh’
Stotter-onvloeiendheden:
Onvloeiendheden, zoals: -het herhalen van een klank of klankgroep: ’I-i-i-ik’, ‘Ma-ma-maar’
-het verlengen van een klank: ‘Iiiik’, ‘Mmmmaar’
-blokkades (vastzitten voor of op de klank)
Stotter-onvloeiendheden gaan al dan niet gepaard met overmatige spierspanning en vaak beïnvloeden ze het ritme van de spraak.