Stotteren herkennen
Hoe gewoon is stotteren bij kinderen?
Veel kinderen tussen 2 en 5 jaar maken een periode door van onvloeiend spreken. De spraak en taal ontwikkelen zich enorm in deze periode. De groei van de woordenschat, de zinsbouw en de mogelijkheden van de spraakmotoriek gaat niet altijd evenwichtig. Daardoor ontstaan zogeheten ‘normale onvloeiendheden’ die meestal weer vanzelf verdwijnen.
Wat zijn normale onvloeiendheden?
Normale onvloeiendheden zijn onderbrekingen en herhalingen die op een ontspannen wijze worden gemaakt.
Voorbeelden zijn:
- Valse starts “Ik wil …ik mm…jij moet het doen”
- Pauzes “Ik heb …eh.. ik… ik…heb in de……de poppenhoek gespeeld”
- Ontspannen herhalingen van een klank : “Ik k.k.kan het wel”
- Ontspannen herhalingen van een lettergreep : “Ik wil in de po..po..poppenhoek”
Wat zijn niet-normale onvloeiendheden?
Onvloeiendheden zijn niet normaal als ze heel veel voorkomen (meer dan 3%) of als de onderbrekingen en herhalingen met spanning worden gemaakt of uit het spreekritme zijn.
Voorbeelden zijn:
- Veel herhalingen van een woord : “En.. en ..en.. en …en en mijn zusje komt ook”
- Veel herhalingen van een zinsdeel: “En toen heeft hij heeft hij heeft hij hij hij heeft hij me geslagen”
- Verlengen van een klank : “Ik ga nnnnnnnnaar huis”
- Blokkeren op een klank, er valt een gespannen stilte: “K…..an ik niet”
- Stemstijging: de stem gaat omhoog tijdens een verlenging : “Iiiiiik wil niet”
- Bewegingen bij de onvloeiendheden als ogen dicht knijpen, hoofdbeweging, stampen etc.
- Kleine startwoordjes voor het begin van een woord: “Enne, hoe heet het, en en en hoe heet het…”
Er is reden tot zorg is wanneer een kind zelf reageert op de onvloeiendheden bijvoorbeeld door boos worden, niet meer willen praten, gaan fluisteren, hand voor de mond houden, aanwijzen in plaats van praten, opmerkingen als ”ik kan het niet zeggen” en vele variaties hierop.
Wanneer afwachten en wanneer adviseren om naar de logopedist of stottertherapeut te gaan?
Als er zorgen zijn over het spreken van het kind is het altijd goed om een logopedist of stottertherapeut te raadplegen. Behandeling is niet altijd nodig. Er kunnen ook regelmatige controleafspraken worden gemaakt, om de ontwikkeling te volgen.
U kunt aan de ouders van het kind vragen om de screeningslijst stotteren in te vullen of u kunt deze zelf invullen (zie stotteren.nl: stottertest). U krijgt dan op basis van de uitslag een advies om wel of niet naar een logopedist of stottertherapeut te gaan.
Waar kan men een logopedist/stottertherapeut vinden?
Verwijzing naar een logopedist of stottertherapeut gaat vaak via de huisarts maar ouders kunnen ook direct naar een logopediepraktijk gaan . De huisarts kent de praktijken in de buurt.
Een overzicht van praktijken is te vinden via:
- stotteren.nl
- logopedistzoeken.nl
- nedverstottertherapie.nl
Ook kunt u kijken in het telefoonboek, de Gouden Gids of de wijk- of stadsgids.
Hoe moet ik omgaan met het stotteren?
Blijf ontspannen en laat het kind uitspreken. Praat zelf niet te snel. Gebruik korte zinnen, aangepast aan het taalniveau van het kind. Houd oogcontact. Geef geen adviezen als: “Haal eerst diep adem”, ”spreek rustig” of “zeg het nog een keer”. Accepteer het praten zoals het is.
Waar kan ik meer informatie krijgen?
Website: stotteren.nl
StotterFonds: 030-2333336
e-mail: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.